maandag 25 mei 2009

Liedesgedicht door Aart van der Leeuw


Liefdesuur:

Hoe laat is 't aan den tijd?
Het is de blanke dageraad:
De diepe wei waar nog geen maaier gaat,
Staat van bedauwde bloemen wit en geel;
De zlivren stroom leidt als een zuivre straat
Weg in het nevellicht azuur;
en morgens zingend hart, de leeuwrik, slaat
Uit zijn verdwaasde keel
Wijsheid die geen betracht en elk verstaat,
Vreugd zonder maat,
Vreugd zonder duur...
Hoe laat is 't aan den tijd?
't liefdesuur.

Hoe laat is 't den tijd?
De zon genaakt de middagstee:
In diepte van doorgloede luchtezee
Smoort de akker onder 't bare goud:
De vonken sikkel snerpt door 't droge graan;
De schaduw krimpt terug in 't hout;
In hemel- en in waterbaan
Geen wolken gaan;
Alleen de wit-doorzichtige maan
Blijft louter in de bluauwe hemelvuur...
Hoe laat is 't aan den tijd?
't liefdesuur.

Hoe laat is 't den tijd?
't is avond: in zijn rosse goed
Wordt schoon en oud
Der wereld dagehel gezicht;
Snel aan den hemel valt het water van het licht;
En al de windestemmen komen vrij;
De laatste wagen wankelt naar de schuur;
De doden wenken aan de duistren Oostermuur;
En boven glansbelopen
Westerse schans in groene hemelwei
Straalt Venus' gouden aster open
Zo plotseling en puur...
Hoe laat is 't aan den tijd?
't is liefdesuur.

Ik vind het altijd mooi als iets in een gedicht steeds terug komt.
Daarom spreekt dit gedicht me wel aan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten